Het diamondsysteem berust op het berekenen van de looplijnen van de stootbal via de diamonds, dit verijst een gedegen training en dagelijkse oefening aan de tafel om dit te leren beheersen. Door de vele vragen hierover ben ik op zoek gegaan naar een uitleg. Hier een stukje van de theorie, welke je aan de tafel in de praktijk kan toepassen.
Uw aan of opmerkingen en vooral aanvullingen zijn natuurlijk van harte welkom.

Veel succes.
Terry van Erp

1. DE BASIS VAN HET DIAMOND SYSTEEM – o.a. de waarde van de diamonds met de vertrek-, de mik- en de aankomstpunten
2. HET “NUL” SYSTEEM – spelen vanuit de lange band naar overzijde (lange band) en via de korte- en lange band weer terug naar de overzijde
3. HET “PLUS” SYSTEEM – vertrek lange band ,naar de korte band en via de lange band terug naar de vertrekband (4 zones)
4. HET “PARAPLU” SYSTEEM – het paraplu systeem (spelen met en zonder effect)
5. HET “HOEK” SYSTEEM – voorband, bal band en terug naar de band en carambole (losse band)
6. HET “47” SYSTEEM – snijstoot van lang naar lang en carambole aan de korte band
7. HET “30” SYSTEEM – van lang naar lang zonder effect; vertrek tegenover aankomst
8. HET “07” SYSTEEM – vertrek lange band  en via de overstaande lange band naar de korte band en carambole. (losse band zonder effect)
9. HET “PLUS 5” SYSTEEM – spelen zonder effect in de lengte van kort naar kort en raken 1 lange band
10. HET “PLUS 10” SYSTEEM – rondspeelbal zonder effect, met curve
11. HET “23” SYSTEEM – snijsstoot mikpunt 23 en gecontroleerde aankomst op 3de band
12. HET “35” SYSTEEM – spelen vanuit punt 35 met aankomst op het zelfde punt + variaties en looplijnen
13. HET “van KUIJK” SYSTEEM – oa losse bandstoten in de lengte van het biljart met effect
14. HET “KORT LANG KORT” SYSTEEM – oa losse bandstoten in de lengte van het biljart zonder effect
15. HET “JAPANSE” SYSTEEM – variaties aanspeelpunten op speelbal en de gevolgen daarvan
16. BAL 2 EN 3 AAN DE LANGE BAND – oplossing bij bal 2 en 3 aan de lange band
17. DRIE DUBBELE VOORBAND – vertrek korte band via lange band korte band en terug met contra effect naar lange band (losse band)
18. VOORBAND SPECIAAL – voorband via de lange band met zone en uitloop
19. HARMONICA STOTEN – harmonica via lang lang
20. HALF TOLLENDE FIGUREN – spelen met contra effect inclusief de variaties
21. KORTE STOOT ZONDER EFFECT – de gecontroleerde loop van de bal via een korte stoot zonder effect
22. SPELEN ZONDER EFFECT – zonder effect spelen vanuit een hoek naar de lange band met diverse voorbeelden
23. DUBBELE VOORBAND VIA LANGE OF KORTE BAND – losse band (2 voorbanden) zonder effect in 2 verschillende zones
24. HET “TURKSE” SYSTEEM – losse bandstoten in de lengte van het biljart
25. LANG LANG ZONDER EFFECT – stoten zonder effect, lang lang zonder effect
26. NIET ALLEDAAGSE OPLOSSINGEN (op de klos) – voorbeelden niet alledaagse oplossingen
27. NIET ALLEDAAGSE OPLOSSINGEN (trekstoten) – voorbeelden niet alledaagse oplossingen
28. NIET ALLEDAAGSE OPLOSSINGEN (doorschieten) – voorbeelden niet alledaagse oplossingen
29. NIET ALLEDAAGSE OPLOSSINGEN (voorband speciaal) – voorbeelden niet alledaagse oplossingen
30. NIET ALLEDAAGSE OPLOSSINGEN (contra effect) – voorbeelden niet alledaagse oplossingen
31. NIET ALLEDAAGSE OPLOSSINGEN (tips) – voorbeelden niet alledaagse oplossingen
32. NIET ALLEDAAGSE OPLOSSINGEN (steekballen) – voorbeelden niet alledaagse oplossingen
33. SPECIALE LOOPLIJNEN – voorbeelden speciale looplijnen