Altijd, wanneer mensen dingen gezamenlijk doen, of dat nu in het gewone leven is, in sport, verkeer of bedenk zelf maar iets, is het nodig om bepaalde regels af te spreken waar je je allemaal aan dient te houden. Doe je dat niet, dan wordt het een zooitje.
Stel je eens voor dat er in het verkeer geen regels zouden gelden. Het zou een chaos zijn. Regels zijn nodig. Je spreekt ze af of je legt ze op. Maar we kunnen niet zonder. Ook in onze biljartwereld kunnen we niet zonder regels. We hebben ze dan ook. Naar het idee van de een zijn we ‘overberegeld’, de ander zal daarentegen juist weer vinden dat de regels te veel ruimte voor een eigen uitleg laten. Een voorbeeld van een verzameling regels, een reglement, waar we zo verschillend over denken en waar we vaak geneigd zijn om een loopje mee te nemen, is ons Spel en Arbitrage Reglement (SAR). Daar lezen we onder andere dat de arbiter de partij leidt, met uitsluiting van alle anderen.Toch een regel waar goed over is nagedacht. Want als speler heb je nodig dat je op het oordeel van de arbiter kunt vertrouwen. Daarom zal de goede arbiter zich altijd zo opstellen dat hij alles goed kan waarnemen. En daar zijn annonces op baseren.
Zo zou het altijd moeten gaan, maar zo gaat het niet altijd. Onlangs kwam mij een aardig voorbeeld ter ore. Tijdens een wedstrijd telt de arbiter een bepaalde stoot van speler A mis. Vervolgens roept een speler die op een ander biljart bezig is, ‘hij was raak hoor’! En wat denk je: de arbiter telt vervolgens de bal alsnog raak. Een schoolvoorbeeld hoe het vooral niet moet! De arbiter wekt zo de indruk niet in staat te zijn om zelf een goed oordeel te vellen.
Bovendien, een arbiter die zijn beslissingen aanpast op wat er ergens geroepen wordt, geeft blijk van niet al te veel kennis. Want anderen mogen zich er niet mee bemoeien. Weer met reden. Want zal het de ene keer een fout voorkomen, het kan net zo goed juist een fout veroorzaken. En waar de een wordt bevoordeeld, wordt de ander benadeeld.
Natuurlijk, als de arbiter ergens vandaan iets hoort dat er op wijst dat hij zich mogelijk heeft vergist, zal hij even terugdenken. En als hij dan zelf twijfelt, zal hij in de eerste plaats aan speler B als tegenstander vragen naar zijn mening. Als de tegenstander ook aangeeft dat de bal raak was (en zo sportief is om eigen nadeel te accepteren terwille van de eerlijkheid) dan zal de arbiter daaraan gehoor geven. Geeft de tegenstander aan dat hij het niet gezien heeft, dan kan de arbiter eventueel nog aan de tweede arbiter vragen of hij het heeft gezien. Maar dat mag alleen in een situatie die niet meer te controleren is, zoals bijvoorbeeld raak of mis. Is een situatie nog wel te controleren, dan dient de arbiter zelf zijn beslissing desgevraagd te heroverwegen.
Zonder daarbij anderen in te schakelen.
Als speler mag je van een arbiter verwachten dat ie weet wat hij moet doen en hoe hij dat moet doen. Je moet er op kunnen vertrouwen.
Bron: Biljart totaal (mei 2015)
Auteur: Piet Verhaar
Email: pietvangerte@hotmail.com
*** De rol van de arbiter wordt gemakkelijk onderschat *** Index *** juni 2015 ***
De inhoudt op deze pagina van bv b.e.j.a. is Digiproved © 2016