Het is zowel een goede gewoonte als een reglementaire verplichting. Als je partij is afgelopen moeten arbiter en spelers de tellijst tekenen. Daarmee verklaren zij zich akkoord met de uitslag. Wedstrijd Reglement (WR) artikel 6012 lid 6. Door het plaatsen van hun handtekening verklaren ze tevens dat de partij in overeenstemming met de bepalingen van het WR en SAR (Spel en Arbitrage Reglement) is gespeeld.
Nu kan het natuurlijk altijd voorkomen dat je als speler vindt dat dat niet het geval geweest is. Dat er tijdens de partij dingen zijn voorgevallen die het verloop en daarmee uiteindelijk ook de uitslag van de partij in je nadeel hebben beïnvloed. Maar na afloop van de partij moet je de lijst tekenen. Moet dat of mag je ook weigeren?
Een tijdje geleden stelde iemand mij de volgende vraag: “Beste heer Verhaar, waar ik benieuwd naar ben, is het ’tekenen voor akkoord’. Her en der heb ik weleens gevraagd wat er gebeurt als je niet akkoord gaat met de partij zoals die is verlopen en je dus weigert te tekenen. Ik heb gemerkt dat die weigeren over het algemeen wordt ervaren als dwarsliggen zoals men dat niet hoort te doen. “Maar mijn inziens”, ging hij verder, “moet dit de functie hebben om vermeende misstanden binnen de wedstrijd te rectificeren. Partijen overnieuw spelen wordt bij mijn weten nooit gedaan; je hebt getekend en je kunt achteraf bezwaar indienen, maar je bereikt er niets mee. Wat is dan eigenlijk het nut van tekenen voor akkoord?”
Zonder meer een zinvolle vraag, die ongetwijfeld vaker bij spelers zal zijn opgekomen. Je bent het er niet mee eens maar toch moet je er voor tekenen. In de reglementen is er niet zo heel veel over te vinden. Het SAR geeft wel aan dat een speler bij de wedstrijdleiding kan protesteren als een reglementsbepaling, niet zijnde een spelregel, niet of niet juist wordt toegepast. De wedstrijdleiding beoordeelt in samenspraak met bestuur of official (indien aanwezig) of het protest gehonoreerd moet worden. Is dat het geval, dan kan eventueel worden besloten dat de partij moet worden overgespeeld. Maar hoe je zo’n protest in ’t vat moet gieten, daarover geeft het reglement weinig houvast.
Natuurlijk kunnen er altijd dingen zijn waardoor je wordt gehinderd, maar waar je je bij neer moet leggen. Er zijn biljarters die worden gestoord in hun concentratie als de bediening rondgaat. Daar helpt natuurlijk geen protest tegen. Dat hoort bij de noodzakelijke gang van zaken. Maar ik herinner me een partij die een van mijn teamgenoten ooit speelde. De schrijver zat gedurende bijna de hele partij ongeveer achterstevoren op zijn stoel gezellig te kletsen met een kennis. Mijn teamgenoot ergerde zich er terecht geweldig aan. Vroeg de arbiter om de schrijver op zijn hinderlijke gedrag te wijzen. De schrijver liet dat echter met een schouderophalen na. Zoiets kan de uitslag en het sportief eerlijke verloop van een partij beïnvloeden. In zo’n geval kun je wel degelijk protesteren.
Bij een competitiewedstrijd kun je een opmerking op het uitslagformulier vermelden. Bij andere wedstrijden maak je op de tellijst de aantekening dat je niet akkoord bent en protest indient.
Vervolgens zet je je handtekening. Dan is het dus geen protest terwijl je al getekend hebt voor akkoord. Misschien wordt het je niet in dank afgenomen. Je hoeft ook niet op alle slakjes zout te leggen. Om eerbiediging van reglementen vragen is echter geen dwarsliggen.
Bron: Biljart totaal (november 2013)
Auteur: Piet Verhaar
Email: pietvangerte@hotmail.com
*** Spelen met de verkeerde bal *** Index *** Een speler heeft recht op een oplettende arbiter ***