Annonceren doet elke goede arbiter op een vaste manier. Maar toch kun je grote verschillen waarnemen in het annonceren van de arbiters. Zelfs van goed opgeleide arbiters. Vooral het moment waarop de arbiter de carambole annonceert, laat grote verschillen zien.
Het Spel en Arbitrage Reglement is er duidelijk in. Een carambole is geldig als alle ballen tot stilstand zijn gekomen en er geen fout is gemaakt. Simpel, zou je dus zeggen. Als arbiter wacht je dus tot de ballen stil liggen en dan annonceer je de gemaakte carambole. Dat zou je zeggen, ja. Maar in het SAR kunnen we nog meer vinden. Artikel 5505 bijvoorbeeld, is erg interessant. Daar staat onder andere dat de arbiter de speler niet mag hinderen. Met niet mogen hinderen kan natuurlijk heel veel bedoeld worden, hier gaat het om zodanig optreden dat de concentratie van de speler er niet door verstoord kan raken. Door het tempo van annonceren of door het al te luid of juist erg zacht te annonceren. In de toelichtingen van artikel 5505 staat het heel mooi beschreven. De arbiter moet proberen om niet te monotoon te tellen.
Dan wordt het makkelijk een dreun. Niet prettig.
Verder staat er: ook dient de arbiter rekening te houden met snelle en langzame spelers. Als je als arbiter bij een langzame speler te vlug telt, kan hij er zenuwachtig door worden.Als je bij een vlotte speler langzaam telt, haal je de speler uit zijn ritme. Juist bij vlotte spelers die compact spelen, is ritme heel belangrijk. En als de arbiter met zijn annonces in dat ritme meegaat, hoort de speler de annonces wel, maar omdat het past in het patroon, verstoort het zijn concentratie niet. Dat gebeurt pas als de verwachte annonce uitblijft of, zoals je nog wel eens kunt waarnemen, er andere dan de voorgeschreven aanduidingen gebruikt worden. De speler doet een stoot, kijkt wat ervan terecht komt en gaat in zijn hoofd meteen door met het vervolg. Natuurlijk weet je als speler ook wel dat je carambole pas geldig is als alle ballen stilliggen. Je weet ook wel dat je daar op moet wachten met de volgende stoot. Maar in je hoofd ben je al weer verder. Als de arbiter dan wacht met het annonceren tot de ballen stilliggen, kan dat heel storend zijn voor een speler. Het is ook nergens voor nodig, om te wachten.
Tenslotte zien de arbiter en de speler beiden de ballen caramboleren. De arbiter meldt hem meteen zoals de speler verwacht en de speler gaat zich meteen concentreren op de volgende. Als hij daarna iets doet waardoor de gemaakte carambole alsnog ongeldig zou worden, dan zal de arbiter de laatste, al getelde, carambole eenvoudig herroepen. Bijvoorbeeld als de speler al weer stoot voor de ballen stilliggen.
Ook bij het kaderspel is het storend als de arbiter te lang wacht met annonceren. Dat komt nogal eens voor. Regelmatig kom je arbiters tegen die na de stoot, als de ballen hebben gecaramboleerd, blijven kijken waar de ballen uiteindelijk terecht komen.
Bij het kaderspel moet de arbiter natuurlijk meer zaken melden dan alleen de carambole. Maar als hij bij het melden van de positie ook pas de carambole telt, is dat heel storend. Het tellen van de carambole is voor de speler in feite het geven van toestemming om aan de volgende te gaan denken. Het is heel belangrijk dat je als arbiter je tempo aanpast aan het tempo van de speler.
Bron: Biljart totaal (november 2015)
Auteur: Piet Verhaar
Email: pietvangerte@hotmail.com
*** Een speler heeft graag een arbiter die vlot, annonceert *** Index *** Soms moet ie een oortje dichtknijpen ***