Wat is biljartkrijt

Vele liefhebbers hechten weinig belang aan de kwaliteit van biljartkrijt. (Zie ook: Waarom is biljartkrijt blauw)

Voor hen is biljartkrijt enkel een middel om de zogenaamde “kets-stoten” te vermijden. Als dat het enige voordeel was, waarom is er dan biljartkrijt te koop : 1 blokje voor 0,50 euro ten opzichte van 1 blokje voor 25 euro. Je moet dan gewoon gek zijn om 25 euro te betalen, als je hetzelfde voordeel kan behalen met een blokje van 0,50 euro.

Wat is het verschil: Fabrikanten van biljartkrijt houden dergelijke informatie zo’n beetje angstvallig geheim en voor hen is hun biljartkrijt het allerbeste dat er op de markt te krijgen valt. Ze hoeven zich ook niet te verantwoorden als ze “rommel” geproduceerd hebben: hier geldt duidelijk de regel: zo lang het maar voldoende verkoopt en er voldoende winst te genereren valt.

Omgekeerd is er ook een stelling die zegt: Als je speelt met het allerbeste biljartkrijt, dan ben je nog geen topspeler. Een topspeler wordt je enkel door een combinatie van : een kwaliteits- keu, met een goede pomerans en biljartkrijt, technisch zéér kundig in de te spelen discipline en als een waardig iemand fungeren aan de biljarttafel. Lees verder: Wat is biljartkrijt

Verzorging van de biljarts

linksboven1linksboven2Ik kom regelmatig in cafés waar biljarts staan natuurlijk. Bruine cafés, de wat luxere biljartcentra en dan kijk ik onbewust even naar het materiaal. Ik vraag me dan altijd (automatisch) even af hoe de tafels erbij staan. Als professional moeten bij mij het biljart en de keu in opperste conditie zijn. Dat is zonder meer een voorwaarde, omdat goed materiaal je prestatie verhoogt. De hobbyisten in de biljarterij en dat zijn er ontzettend veel kijken veel minder nauw en dat is begrijpelijk. Ze willen gewoon een beetje plezier hebben, een beetje stoten, een beetje kletsen en een beetje lachen. Maar er moet me toch iets van het hart. Ik krijg grijze haren als ik zie hoe de tafels er vaak bij staan. Nu begin ik toch al flink grijs te worden. Het zit in de familie bovendien, maar echt: hoofdschuddend loop ik vaak weg want het kan zoveel beter.

Op die cafékeuen zit een pomerans (dat is het bovenste lederen stukje van een keu), die er eigenlijk meer aan hangt dan er goed op vast zit. Die pomerans ziet eruit als een paddestoel die erop geplakt zit en vaak heel dun. De krijtjes zijn helemaal uitgemergeld. Goed normaal krijten lukt praktisch niet meer met andere woorden het ketsgevaar is prominent aanwezig en het plezier neemt af want dat is mij toch wel duidelijk. De lakens op de tafels zijn ook vaak versleten met vele witte puntjes en ja dan vraag ik mezelf af: kan dat niet beter verzorgd worden, want een glas waaruit je drinkt wordt toch ook goed schoongemaakt of bijvoorbeeld een stoel waarop je zit hé.

Het biljartmateriaal wordt over het algemeen gewoon flink verwaarloosd en het biljarten ziet er dan plotseling een stuk minder aantrekkelijk uit. Kijk maar naar het verschil: Een mooi blauw laken met gestippelde ballen waarop nog een glans zit. Krijtjes waar het papier nog om heen zit en geen krijtjes met die hele diepe kuilen. Goed krijten is dan bijna onmogelijk. En keuen die goed bijgehouden worden, zodat het een plezier is voor al die klanten die graag eens een biljartje leggen. Biljarten vraagt om veel aandacht. Ik zal mijn biljarttafel die ik thuis heb staan, nooit borstelen. Nee, ik stofzuig liever zodat het vuil niet naar een ander plekje wordt geveegd, maar wordt opgezogen. En ik stofzuig altijd in de lengte mét de naad mee, zodat het laken minder geïrriteerd raakt. Met een hulpstukje zuig ik eerst de banden goed. Op de biljartballen doe ik wat ballpolish zodat de ballen heel soepel en glad worden. Ze lijken zo goed als nieuw iedere keer en dat geeft toch veel meer voldoening. Ik weet zeker dat de klanten nog veel eerder de keu zullen pakken. Het is gewoon een totaal ander gezicht, want vergis je niet biljarten hoort bij de kroeg zoals dat een pilsje is. Het is een investering die beloond wordt. Als ik dan eens een rek met keuen bekijk dan zie ik het volgende: 10 keuen waarvan er 5 geen pomerans meer hebben; 2 keuen met een heel dun laagje pomerans erop, 1 keu met een flinke scheur in de pomerans en misschien 2 nog redelijk uitziende keuen en dat werkt niet. De zin is weg.

Gelukkig zijn er flink wat uitzonderingen en dat zijn meestal de cafébazen die graag biljarten en die hebben er dan ook verstand van of ze geven veel om goed onderhoud. Eigenlijk is het wel grappig om te zien dat bepaalde dingen alle aandacht krijgen in de kroeg en sommige dingen totaal niet. Het onderhoud bij biljarten is zó belangrijk. Ik zou met een keu uit het rek bij lange niet het niveau halen als met mijn eigen keu. Met zo’n slechte pomerans erop durf ik echt niet teveel effect te geven. Ik vind het gewoon jammer dat ik dit zo om me heen vaak zie.

Nog een voorbeeldje: als men met hapjes rondgaat en je pakt een lekker bamihapje en vervolgens raak je de ballen aan, dan komt dat vet ook weer op het laken en de banden terecht. Er wordt niet vaak daarbij stilgestaan.

Biljarten is een sport van puur details en daar bedoel ik mee dat het allemaal zo fijngevoelig ligt. Het zou me heel goed doen als ik zie dat het mooi onderhouden wordt, want zeg nou zelf, dan krijg je toch veel meer zin… of niet?

Groeten en tot de volgende keer,

Dick Jaspers
Column van mei 2006
Bron: dickjaspers.nl

Flip Beekman

Flip Beekman
Flip Beekman in 1956

Geboren te Amsterdam op 26 juni 1920, overleden op 29 december 2011 te Amsterdam. Caféhouder en biljarter, de oudste en tot zijn dood, nog de enige in leven zijnde ex-ereklasser van de KNBB.

Deze man, die niet te beroerd was om veel werk te verzetten voor de Koninklijke Nederlandse Biljartbond. Beekman gold als een begenadigde kadrist en als een zéér sterke librist, van wie je vóór de allerlaatste carambole nog nooit had gewonnen.

Tussen 1951 en 1973 nam hij 41 keer deel aan een nationaal kampioenschap en wist zelfs enkele titels te behalen in o.a. ankerkader 47/2 eerste klasse en libre ereklasse (1958 Leeuwarden). Hij liet ook anderen delen in zijn talenten en werd in 1964 gekozen tot lid van de Technische Commissie.

Ter gelegenheid van zijn afscheid van de TC, werd Flip in juni 1981 het ‘Lidmaatschap van Verdienste’ van de KNBB verleend. Zijn enorme inzet voor het welzijn en de promoting van onze bond lagen ten grondslag aan deze hoge onderscheiding voor de immer amicale en zeer geziene ‘official’, die zijn mening desondanks niet onder stoelen of banken stak.

Vooral zijn gedegen technische kennis dwong binnen en buiten de TC enorm respect af. De ontwikkeling van Biljart Artistiek kwam, mede door zijn inzet, in een stroomversnelling.

Flip-Beekman-03

Flip Beekman
Flip Beekman
Café Flip Beekman
Café Flip Beekman

Jan Doggen

Jan Doggen
Jan Doggen

Johannes Gerardus Doggen geboren op 29 mei 1918 te Heerle (Noord Brabant), overleden op 25 november 2003 te Roosendaal. Jan was kastelein en een all round biljarter welke zich later toelegde op driebanden. In 1986 is Jan Doggen tot bondsridder van de KNBB benoemd.

Internationale titels:

  • 3e op het driebanden Europees kampioenschap individueel te Lissabon (Portugal) in 1965
  • 7e op het driebanden Europees kampioenschap individueel te Den Haag (Nederland) in 1969
  • 8e op het driebanden Europees kampioenschap individueel te Crosne (Frankrijk) in 1972
  • 4e op het driebanden Europees kampioenschap individueel te Eeklo (België) in 1973
  • 9e op het driebanden wereldkampioenschap individueel te Antwerpen (België) in 1974

Lees verder: Jan Doggen

Carel Koopman

Carel Koopman (met dank aan Cor Pronk)
Carel Koopman (met dank aan Cor Pronk)

Carel Bernard Koopman geboren op 2 december 1889 te Nieuwe-Amstel, overleden op 26 januari 1952 te Amsterdam. Carel was caféhouder die tientallen jaren samen met zijn vrouw Jet de scepter zwaaide in het befaamde cafe-restaurant “De Nieuwe Karseboom” op de dam te Zaandam. Een echt bruin cafe-restaurant in de oude traditie, met de klassieke Perzische tapijtjes op de tafeltjes. Carel Koopman was een bekende Zaankanter.

Carel was zijn hele leven lid van B.V. K.R.A.S. als biljarter stond hij zijn mannetje. In het driebanden won hij enkele Nederlandse titels.

In het eerste jaar van de 2e wereldoorlog op 20 juli 1940 opent Carel Koopman zijn nieuwe zaak aan de Ferdinand Bolstraat 165-167 te Amsterdam.

Openening Café Carel Koopman aan de Ferdinand Bolstraat 165-167 te Amsterdam op 20 juli 1940 (met dank aan Cor Pronk)
Openening Café Carel Koopman aan de Ferdinand Bolstraat 165-167 te Amsterdam op 20 juli 1940 (met dank aan Cor Pronk)
Interieur bij openening Café Carel Koopman aan de Ferdinand Bolstraat 165-167 te Amsterdam op 20 juli 1940 (met dank aan Cor Pronk)
Interieur bij openening Café Carel Koopman aan de Ferdinand Bolstraat 165-167 te Amsterdam op 20 juli 1940 (met dank aan Cor Pronk)
De Nieuwe Karseboom
De Nieuwe Karseboom

Na het overlijden van Carel Koopman runde zijn vrouw Jet de zaak. Al snel daarna werd het etablissement bekend onder de naam Tante Jet.

Zijn dochter Jopie Koopman (24 februari 1910 Zaandam -30 mei 1979 in Amsterdam) was in 1929 verloofd met de bekende voetballer Klaas Breeuwer die achtereenvolgens speelde bij ZVV, ZFC en Haarlem en eenmaal uitkwam voor het Nederlands elftal van 1924 in Parijs (Nederland-Zweden 1-1).

Biljart

Het matchbiljart (ook wel wedstrijdbiljart of grote tafel genoemd) met een afmeting van 2,84 bij 1,42 meter (waarbij een afwijking van 5 mm is toegestaan) waarop de top biljarters spelen.
Het clubbiljart met een formaat van 2,30 bij 1,15 meter (ook wel kleine tafel genoemd) waarop de meeste biljartclubs hun wedstrijden spelen
Het cafébiljart met een afmeting van 2,10 bij 1,05 meter.

De afmeting zijn:
Een carambole biljart is rechthoekig van vorm en tweemaal zo lang als breed. De bovenkant van de rand moet zich 75 tot 80 cm boven de vloer bevinden. Langs de binnenste rand van de tafel is een schuin opstaande rubberen stootrand aangebracht, de zogenaamde band, met een hoogte van 36 à 37 mm. Op de band moeten markeringen (vaak sterren of zogenaamde “diamonds“) zijn aangebracht op een onderlinge afstand van 1/8 deel van de lengte van het biljart.

Het laken
Zowel band als tafeloppervlak zijn bekleed met biljartlaken dat oorspronkelijk uitsluitend uit kamgaren gemaakt werd en tegenwoordig vermengd is met bijvoorbeeld nylon of polyester. Een van de meest gebruikte is het laken van “Iwan Simonis” Rapide no. 300, en de laatste tijd is ook de “Royal Pro” in opkomst. Verder kennen we nog het merk “Gorina” uit Spanje, met hun “Granito” wedstrijdlaken.

Het blad
Het tafelblad is gemaakt van natuursteen, meestal leisteen.
De leiplaat bestaat soms uit één deel maar vaker uit twee of drie delen. De dikte bij grote tafels moet minimaal 45 mm zijn en is meestal 50 tot 60 mm.

Verwarming
De leiplaat wordt elektrisch verwarmd om het door het laken (maar ook door het enigszins poreuze lei) opgenomen vocht te verdrijven en zodoende de ballen minder rolweerstand te laten ondervinden. De ideale temperatuur ligt tussen de 32 en 35 graden celcius, bij een luchtvochtigheid van rond de 40%.

Hoeveel ruimte heb ik nodig voor een biljart.
Bij het aanschaffen van een biljarttafel moet u wel even letten op de benodigde speelruimte rondom de tafel, zodat u verzekerd bent van voldoende ruimte om te kunnen stoten met de keu.

Benodigde speelruimtes:
Heeft uw biljart een speelruimte van 105 x 210 cm, dan heeft u een (speel)ruimte nodig van minimaal: 405 x 510 cm
Heeft uw biljart een speelruimte van 115 x 230 cm, dan heeft u een (speel)ruimte nodig van
minimaal: 415 x 530 cm
Heeft uw biljart een speelruimte van 142 x 284 cm, dan heeft u een (speel)ruimte nodig van
minimaal: 442 x 584 cm.

Biljartkrijt

Predator, Balabushka,blue Diamond biljartkrijt
Predator, Balabushka, Blue Diamond biljartkrijt

Leestip: Kamui #0.98a vs #1.21b

Biljartkrijt is er in vele soorten en wordt op de pomerans aangebracht. Het heeft tot doel om de grip van de pomerans op de biljartbal beter te maken bij het stoten. Zonder het gebruik van krijt kun je de ballen niet het effect meegeven wat de speler voor ogen heeft.

Het krijt is dus net zo belangrijk als de pomerans zelf! De goedkoopste krijtjes zijn meestal in het café te vinden en worden gratis verstrekt door de kastelein. (men zegt dat het krijtje het het meest gestolen voorwerp is in café’s), deze cafékrijtjes zijn meestal te herkennen aan de uitholling. Mensen die maar af en toe biljarten willen de pomerans door het krijtje heen boren.

Dat dit niet de juiste manier van krijt aanbrengen is mag duidelijk zijn.

Aanbrengen
De juiste manier van krijten is het horizontaal smeren van het krijt over de pomerans – krijt optillen – terug naar beginpunt en opnieuw horizontaal krijten. Hierdoor slijt het krijtje gelijkmatig af en maakt u optimaal gebruik van het aanwezige krijt.

Verenigings en zeker de bonds-biljarters maken meestal gebruik van een wat duurder krijtje.
Zo gebruik ik zelf “Blue Diamond” krijt van Longoni. Blijft een stuk beter zitten, dus ja kan een stuk minder krijten, niet dat ik dat doe, ik krijt meestal na elke stoot, of het moeten hele korte rustige balletjes zijn, dan sla ik er wel eens een of twee over. Het is ook goed stroef, zijn geld meer dan waard. Het is wel een stuk duurder, maar gezien het feit dat je bij normaal gebruik zeker een jaar vooruit kan, vindt ik dat geen probleem.

Met mijn volgende krijtjes ga ik nog een stapje verder en kies ik voor het Kamui  0.98 en het Kamui 1.21 krijt. De vergelijking: Kamui #0.98a vs #1.21b

Krijtjes:

10 van de makkelijke

Men speelt met de drie gewone biljartballen waarbij elke bal als speelbal mag worden gebruikt, elke beurt een andere bal desnoods. Het doel is om één serie van 10 caramboles te maken.

Het klinkt simpel genoeg maar u zult merken dat tijdens dit spel niet snel de makkelijkste bal wordt gekozen, terwijl ook rood als speelbal mag worden gebruikt.

Voor sterkere spelers is dit spel goed te combineren met Annonceetje, of de blauw bal introduceren als “strafbal”. Als de blauwe bal wordt geraakt staat iemand weer op nul.