Vele liefhebbers hechten weinig belang aan de kwaliteit van biljartkrijt. (Zie ook: Waarom is biljartkrijt blauw)
Voor hen is biljartkrijt enkel een middel om de zogenaamde “kets-stoten” te vermijden. Als dat het enige voordeel was, waarom is er dan biljartkrijt te koop : 1 blokje voor 0,50 euro ten opzichte van 1 blokje voor 25 euro. Je moet dan gewoon gek zijn om 25 euro te betalen, als je hetzelfde voordeel kan behalen met een blokje van 0,50 euro.
Wat is het verschil: Fabrikanten van biljartkrijt houden dergelijke informatie zo’n beetje angstvallig geheim en voor hen is hun biljartkrijt het allerbeste dat er op de markt te krijgen valt. Ze hoeven zich ook niet te verantwoorden als ze “rommel” geproduceerd hebben: hier geldt duidelijk de regel: zo lang het maar voldoende verkoopt en er voldoende winst te genereren valt.
Omgekeerd is er ook een stelling die zegt: Als je speelt met het allerbeste biljartkrijt, dan ben je nog geen topspeler. Een topspeler wordt je enkel door een combinatie van : een kwaliteits- keu, met een goede pomerans en biljartkrijt, technisch zéér kundig in de te spelen discipline en als een waardig iemand fungeren aan de biljarttafel.
Het eerste biljartkrijt: Het gebruik van iets dat moest lijken op biljartkrijt is ontstaan ergens eind jaren 1800, begin van de twintigste eeuw.
Eigenlijk was het gewoon het witte bordkrijt, gebruikt in de klaslokalen, om biljart mee te spelen. Het grote probleem was echter dat het teveel krijtstof achterliet op het biljartlaken en daardoor ook moeilijk te reinigen was. Toen had men nog geen stofzuigers voor dagelijks gebruik.
Verder was dat witte bordkrijt voornamelijk samengesteld uit calciumcarbonaat of calciumsulfaat. Voor de binding tot een sterker geheel, gebruikte men een kleine hoeveelheid klei en olie. Ook kon men kleurstoffen toevoegen.
In het bijzonder, kon het gebruik van calciumsulfaat nefast zijn voor de slijtage aan het biljartlaken. Als men het krijtstof probeerde te verwijderen van het biljartlaken en men gebruikte hiervoor een hoeveelheid water, dan kwam er chemisch een bepaalde hoeveelheid zwavelsubstantie vrij en dat kon vreetplekken veroorzaken op dat biljartlaken.
Uiteraard met alle gevolgen van dien voor het biljartspel.
Heden: In het hedendaagse biljartkrijt gebruikt men geen grote hoeveelheden calciumcarbonaat of calciumsulfaat meer. Deze zijn vervangen door silica’s. Bepaalde silica’s kunnen nog een klein percentage calciumcarbonaat bevatten, zoals hierna verder vermeld, bv. de biogene amorfe silica’s.
Wat zijn silica’s: Als men het figuurlijk zou vertalen, dan is dat gewoon zand. Want zand is scheikundig voor een belangrijk percentage opgebouwd uit silicium. Silica’s zijn opgebouwd uit siliciumdioxide : 1 atoom silicium gebonden aan 2 atomen zuurstof.
Maar er zijn zéér veel soorten silica’s :
Men kan ze onderverdelen in twee hoofdgroepen : – de amorfe vorm = niet-kristallijn = de zachte vorm.
– de kristallijne vorm = de harde vorm.
In het biljartkrijt heden ten dage gebruikt men meestal de amorfe- of zachte vorm.
Men heeft tientallen verschillende soorten amorfe silica’s, naargelang hun herkomst en een belangrijk percentage wordt gevormd door de biogene amorfe silica’s : dit zijn bv. restanten van het afgestorven skelet van schelpdieren en dewelke gewonnen worden uit de zee. Daarna worden ze gespoeld, gezuiverd en fijngemalen tot microscopisch fijne partikels. Men noemt dit ook diatomeeënaarde.
Deze aarde kan ook gebruikt worden voor het maken van hedendaags biljartkrijt.
Biogeen zand is van een organische samenstelling en komt vooral uit de zee. Het kan zowel van dierlijke- als van plantaardige afkomst zijn, en is door de aanwezige kalk vaak licht van kleur. De meest algemene bronnen van dit organische zand zijn de skelet overblijfselen van zeeorganismen. Biogeen zand is dus eigenlijk gewoon zeezand, gemengd met diatomeeënaarde.
De meest voorkomende plantaardige bron is zijn de restanten van kalkalgen. Weekdieren zijn de bron van de vele schelpjes en schelpfragmenten in zand. Eendenmosselen zien eruit als schelpen, maar behoren niet tot de klasse van de weekdieren : het zijn kreeftachtigen met een kalkhoudend skelet, waarvan de overblijfselen vaak in zanden voorkomen. Ook de skeletten van stekelhuidigen komen geheel of fragmentarisch in zand voor. Denk daarbij aan zeesterren, zee-egels en de op het Noordzeestrand vaak aangespoelde zeeklit.
Biogeen zand van (sub)tropische eilanden is vaak afkomstig van koraalriffen en de massieve kalkstenen structuren die opgebouwd zijn door zeeorganismen. Koralen halen hiervoor opgelost calciumcarbonaat uit het zeewater.
Eén van de tientallen industriële toepassingen van amorfe silica’s, is de ontwikkeling van produkten tegen gladheid. Met amorfe silica’s kan men meer grip bewerkstelligen, in of op diverse materialen.
Het hedendaagse kwaliteits-biljartkrijt bestaat uit minimum 80% amorfse silica’s, de welke aan elkaar worden gehecht door een bindmiddel bv. lijm of iets soortgelijks, er wordt dan nog een kleurstof toegevoegd en mogelijk nog een vierde component : bv. een schuurmiddel : korund.
Korund is een hard materiaal, het welke een industriële toepassing vindt in slijpschijven en schuurpapier. Korund is tevens een duur materiaal.
Lagere concentraties aan amorfe silica’s en aangelengd met een vulmiddel, gaat ten koste van de kwaliteit van het biljartkrijt. Hoe hoger de concentratie van het vulmiddel, hoe lager de kwaliteit van het biljartkrijt. We zouden dan kunnen zeggen dat we ons bevinden in de prijsklasse van 0,50 eurocent per stuk, of minder.
Hogere concentraties aan bindmiddel, kan een hardere soort biljartkrijt geven.
De afwezigheid van korund of een ander schuurmiddel vertaalt zich in een lagere kwaliteit biljartkrijt, inzonderheid voor het biljartspel dat wij spelen in competitievorm. Bij het pool- of het snookerspel is dit van minder belang.
Waarom een schuurmiddel: De bedoeling hiervan is om bij elke stoot de pomerans terug een geringe “ruwheid” te geven, zodat de grip minder afneemt naargelang men nalaat om te krijten tussen de stoten onderling. Men zou dus langer kunnen wachten om de pomerans opnieuw te krijten.
Een test van vijf soorten biljartkrijt
Vervolgens werd er met een vinger gestreken over het desbetreffende biljartkrijt en getoond hoeveel biljartkrijt er aanwezig was.
Resultaten: voor wat betreft de kleefkracht : Kamui 0,98 geeft veel krijt af, gevolgd door Master. Blue Diamond en Predator geven het minste krijt af en zijn ongeveer gelijk.
Achterblijvende punten biljartkrijt op stootbal : contactpunt pomerans en bal, na zes stoten – er werd maar éénmaal krijt aangebracht.
Resultaat : het aantal spots op de biljartbal is een maatstaf voor de grip (contactvastheid) tussen de gekrijte pomerans en de biljartbal. Hoe hoger, hoe beter.
Master en Lava biljartkrijt scoorden laag.
Master preflag scoorde beter, doch de intensiteit van de spots was lager dan bij Blue Diamond en Kamui.
Blue Diamond en Kamui waren de beste biljartkrijtsoorten in deze test, al was de intensiteit van de spots bij Kamui duidelijker dan bij Blue Diamond.
In de volgende test werd er nagegaan, wanneer er een “kets-stoot” zou ontstaan. Op de pomerans werd éénmaal krijt aangebracht waarna er een reeks stoten werdt uitgevoerd, eerst met een links effect, daarna met een rechts effect, totdat er een “kets-stoot” ontstond.
Resultaat : Kamui is het enige biljartkrijt dat een gemiddelde haalt dat beduidend hoger is dan de andere biljartkrijtsoorten.
In twee andere testen werd bewezen dat Kamui biljartkrijt meer grip heeft op de stootbal bij trekstoten en meer effect kan genereren op de stootbal, dan met andere biljartkrijtsoorten.
Algemeen resultaat: er is wel degelijk een verschil tussen krijtsoorten onderling. Ook hier geldt de wet dat kwaliteit dient betaald te worden.
Kamui biljartkrijt heeft bezit meer partikels dan standaard krijt. Meer frictie en een groter raakpunt op de speelbal stelt u in staat om meer effect te gebruiken.
Minder deflectie stelt de speler in staat nauwkeuriger te kunnen spelen.
Zie ook: Waarom is biljartkrijt blauw
De inhoudt op deze pagina van bv b.e.j.a. is Digiproved © 2016